Marijke Dirkson en Martin Orij
- Veehouder
- Burgerbrug
- 35
- klei

Landschapsbeheer Rinnegom
Marijke runt samen met haar partner Martin sinds 2010 Landschapsbeheer Rinnegom. Ze begrazen natuurgebieden en ander groen met Kempische heideschapen, maar pas sinds een paar jaar hebben ze een eigen erf én 35 hectare land ter beschikking. Dit willen ze helemaal gaan omvormen; van alleen maar Engels raaigras naar een landschap met voedselbos, agroforestry en veel meer biodiversiteit. Landbouwbedrijven met schapen vallen helaas vaak buiten de meeste subsidies, maar door het 7-vinkjes project kunnen ze toch aan de slag met hun droom: over 10 jaar hopen ze een levendige campus van de boerderij te hebben gemaakt. Dat betekent dat alle generaties op deze boerderij een plek hebben. Het meest belangrijke voor hen is dat ze hier een landschap neerzetten wat laat zien dat het anders kan. Dat is een divers landschap dat door onze percelen heen van noord naar zuid verandert van een productief landschap mét natuur (denk aan agroforestry, voederbossen en kruidenrijk grasland), naar natuur mét productiviteit (brede oevers, lisdodde teelt, watergangen etc). Een landschap waar natuur en landbouw samengaan en waar mensen heel veel kunnen leren, beleven, en kunnen ervaren dat het echt anders kan.
Over het bedrijf
Huidige situatie
- 35 hectare grasland
- 1500 ooien
- natuur- en landschapsbeheer op externe percelen
Bouwplan na omschakeling
- Lorem ipsum dolor
“We hebben eigenlijk een hele klassieke boerderij gekocht maar die willen we natuurlijk helemaal omvormen naar een boerderij die past bij de toekomst”
Het globale stappenplan
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.
Lorem ipsum
Lorem ipsum dolor sit amet consectetur adipisicing elit sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam quis nostrud. Consectetur adipisicing elit sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam quis nostrud.
Lorem ipsum dolor sit amet consectetur adipisicing elit sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam quis nostrud. Consectetur adipisicing elit sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua. Ut enim ad minim veniam quis nostrud.
Biodiversiteit
Updates van Marijke Dirkson en Martin Orij
De 7 vinkjes
1. De bodem is de basis
Teelt uit volle grond met zorgvuldig bodembeheer ter bevordering van een hoge bodemkwaliteit, met name door toepassing van methoden en technieken die het bodemleven verrijken, of in elk geval sparen. Te denken valt aan maatregelen zoals beperkte, of niet-kerende grondbewerking, gebruik van lichte(re) machines en vaste rijpaden, verruiming van de vruchtwisseling (akkerbouw), toepassing van groenbemesters en zorgvuldige recycling van organische reststromen zoals compost en digestaat.
2. Geen kunstmest
Van kunstmest naar organische meststoffen die het bodemleven voeden in plaats van schaden, zoals compost en stalmest, en het inzetten van stikstofbinders en andere groenbemesters. Kunstmest draagt niet bij aan een gezond bodemleven, maar de productie en toediening zorgt voor veel emissie van broeikasgassen en stikstof.
3. Zo min mogelijk pesticiden
Uitsluiting, of minimaal decimering van het gebruik van bestrijdingsmiddelen, in het bijzonder afbouwen van het gebruik van de meest milieubelastende en schadelijke middelen.
4. 10% Landschapselementen
Indien percelen van het boerenbedrijf deels of geheel worden ingericht met meer permanente landschapselementen zoals bomen, struiken, waterpartijen en/of kruidenrijk grasland dan blijven deze elementen minimaal 20 jaar onderdeel van het teeltsysteem op de betreffende percelen.
5. Meer bomen
Doelbewuste integratie van landschapselementen zoals heggen, hagen, poelen, bloemranden, boomsingels en/of voedselbossen in het teeltsysteem op minimaal 10% van de totale oppervlakte landbouwgrond van het boerenbedrijf; ontwerp en aanleg van de beoogde landschapselementen en/of voedselbossen dienen zoveel mogelijk gericht te zijn op de vorming van een fijnmazig netwerk van agrarische natuur op bedrijfsniveau.
6. Extensieve veeteelt
Indien er dieren worden gehouden dan is er sprake van extensieve, grondgebonden veeteelt met gemiddeld maximaal 1,5 GrootVee-Eenheden (GVE) per hectare landbouwgrond, bijvoorbeeld op oude of kruidenrijke graslanden.
7. Koe in de wei
Indien er sprake is van veeteelt, dan dient transport van vee, mest en veevoer tot het minimum te worden beperkt; voor vee geldt een minimum van 3000 uur weidegang ter bevordering van een diervriendelijk en zoveel mogelijk gras-gevoerde (rund)veehouderij.